VerbA
Draai aan het rad van fortuin en maak goede combinaties. Draai eerst het kleine rad voor het pronomen. Draai dan het kleine rad voor de tijd. Draai tenslotte één van de drie grote raderen met verba: regelmatige verba (makkelijk), onregelmatige verba (moeilijker) of separabele verba (het moeilijkst). Combineer het pronomen, de tijd en het verbum en maak een goede zin.
Voorbeeld:
(pronomen) ik + (tijd) imperfectum + (separabel verbum) afwassen = ik waste af.
Wil je het moeilijker maken? Dan kun je een zin maken met een extra toevoeging.
Voorbeeld:
Ik waste elke dag af.
Ik waste elke dag af maar toen kocht ik een afwasmachine.